Polen 2010

De zomer van 2010 besloten we om als vakantie bestemming Polen te bezoeken. Ooit in het verre verleden tijdens het communisme was ik hier wel eens geweest, maar daar weet ik niet zo heel veel meer van.
Dus, zuid Polen...

We hebben het niet in een dag aangereden maar hebben overnacht in Neuhausen Spree op camping Spreecamp. Een hele grote camping aan een meer. Van de grootte merkte je niks. Trouwens van het meer ook niet want die was zo goed als leeg. Volgens de camping eigenaresse was dit de eerste keer dat het water zo laag was.
De grens tussen Duitsland en Polen was onbewaakt. Ons volgende doel was Wolsztyn. Helaas bleek de camping hier vergane glorie en kwamen we terecht op een grote camping bij Poznan waar we een plekje kregen toegewezen onder de afzuiging achter het restaurant. Voordat we Poznan inreden vingen we al een glimp op van waarvoor we naar deze plek waren gekomen, namelijk de stoomtrein.


Vanuit Poznan rijdt deze dagelijks naar Wolsztyn en weer terug. Een ritje van 80 kilometer voor omgerekend nog geen 10 euro voor 2 volwassenen en 3 kids en natuurlijk een onvergetelijke rit. In Wolsztyn kon je rond kijken op het station en in het museum alvorens een 2 uur en een  kwartier durende rit terug te nemen.
In Bolkow moest volgens zeggen een goede camping zijn, dus daar de volgende dag maar heen gereden. De weg leidde ons door het plaatsje Jawor. Hier staat een van de twee grootste vredeskerken van Europa en werd gebouwd halverwege de 17e eeuw.  Deze kerk is gebouwd zonder gebruik te maken van ijzeren nagels. Een prachtige kerk die op de werelderfgoedlijst van UNESCO staat.


De camping in Bolkow bleek inderdaad een nette camping met een Poolse beheerder die ook nog wat Nederlands sprak. En ´s ochtends kwam de bakker de camping oprijden met heerlijke verse broodjes.
Vanuit deze camping hebben we een rondrit hier in de buurt gemaakt. Toen we richting Sobieszów reden torende het Chojnik Kasteel hoog boven de stad uit. Vanaf dit kasteel heb je een prachtig uitzicht op de vallei van Jelenia Góra.


We hebben de auto keurig op de (betaalde)parkeerplaats neer gezet. Toen we bij het bos kwamen bleken we te moeten betalen. Wij dachten dat dit voor het kasteel was, maar later bleek dat dit alleen voor het Karkonosze National Park te zijn waardoor je heen wandelt als je naar het kasteel gaat. Want met dit kaartje konden we het kasteel niet in. Dus na een rondje om het kasteel heen zn we weer terug gegaan naar de auto. Het weer was er ook niet beter op geworden. Onderweg naar de camping kwamen we langs hoge bergen met daar boven donkere luchten.
De volgende dag onze spullen weer bij elkaar gepakt en door gereden. Bij Złoty Stok hebben we een goudmijn bezocht.  Je kon hier een ondergrondse wandeling door de mijnen maken onder leiding van een Pools sprekende gids. De rondleiding leidde je langs de geschiedenis over de goudmijn en een ondergrondse waterval van 8 meter hoog.  Na een rondleiding van 80 minuten werd je met een klein treintje de mijn weer uitgereden en sta je weer buiten te knipperen met je ogen tegen het felle buitenlicht.

Die avond stonden we in Paczkow bij een hotel omdat we geen geschikte camping konden. Al noemde men dit grasveld wel een camping, maar het sanitair was ver te zoeken. We lagen er op tijd in want het stikte hier ook nog eens  van de muggen.
Het weekend zijn we overgebleven op een grote camping bij Bakow waar alleen maar Polen stonden. 's Ochtend werden we hier gewekt door een luid toeterende auto. Na wat te mopperen op de luidruchtigheid van desbetreffende persoon ging bij ons een lichtje branden dat dit wel eens de bakker zou kunnen zijn.
We hebben hier in de omgeving van Olesno rondgereden. In dit gebied staan allemaal houten kerkjes met als hoogte punt de houten Saint Anne kerk van Olesno.


Het was zondag, dus bedrijvigheid in en rondom de kerk. Overal kwamen mensen het kerkhof op lopen en streken tussen de graven neer. We vermoeden dat hier een open lucht dienst ter ere van de overledenen werd gehouden.
Het spoor van de arendsnesten telt als een van de grootste attracties in Polen. De naam doet vermoeden dat hier allemaal arenden  hun nesten  bouwen, maar niks is minder waar. Deze route uit de 14e eeuw is een route langs tientallen middeleeuwse kastelen. Het viel ons een beetje tegen. Wij hebben welgeteld 1 kasteel gezien en zijn nog een bordje van een kasteel tegen gekomen. Misschien niet goed genoeg gezocht...
En de weg van Suloszowa naar Skala door het Ojcowski park is ook een hele mooie weg. Het Ojcowski park is het kleinste nationaal park van Polen en bevat talrijke kalkstenen kliffen, ravijnen en meer dan 400 grotten. In dit gebied kun je genieten van prachtige rotsformaties.
Aangeziene de dag al aardig  vorderde en de kids moe waren besloten we om Krakow links te laten liggen en hier een keer voor terug te komen zonder kinderen. Uiteindelijk streken we aan het einde van die dag neer onder de appelbomen op de camping in Ternow.
De volgende dag wouden we onze route door het dorpje Zalipie laten lopen. De kaart kende het plaatsje niet, maar de navigatie gelukkig wel. Via een weg met diepe kuilen bereikten we uiteindelijk dit mooie kleine dorpje. Dit dorpje staat bekend om de met bloemen beschilderde huisjes.


Elk jaar wordt hier een wedstrijd gehouden wie zijn huisje het mooist met bloemen beschilderd. Het zag er allemaal prachtig uit en de mensen hier waren ook erg vriendelijk.
De route verder  leidde ons langs de rivier de Dunajac. In Tropsztyn lag aan de oevers van deze rivier een kasteel, Zamek Tropsztyn. Dit kasteel werd waarschijnlijk aan het begin van de 13e eeuw gebouwd en is in 1996 weer helemaal gerestaureerd. In Nowy Sacz zouden we een camping  gaan zoeken, maar toen bereikte ons een smsje dat onze ouders aan de andere kant in Slowakije zaten en of er nog een treffen inzat. Dus besloten we nog even door te rijden naar de camping in Niedzica. Een goede keus want dit bleek een prima camping te zijn aan de rivier de  Dunajac. Hier is de Dunajac de grensrivier tussen Polen en Slowakije en over deze rivier kun je van af verschillende punten vlot varen.

Een oude traditie uit dit gebied. In mijn kinderjaren hebben we vanuit het toen nog communistische Tjechoslowakije  vlot gevaren. Vandaag de dag wordt er nog steeds met vlotten gevaren maar de spanning van de grens was er niet meer. De vlotvaarder sloeg voor vertrek vlot een kruis met zijn hoed en daar ging de tocht over het ruige water. Het was een prachtige tocht. Helaas was het verhaal van de gids alleen in het Pools. Toen we de vlot verlieten was ik aan een kant helemaal nat van het opspattende water. 's Avonds op de camping in het restaurant heerlijk gegeten voor weinig geld.
De volgende ochtend voor dag en dauw opgestaan en heerlijk langs de oever van de Dunajac gezeten en genoten van de rust en de wereld die langzaam wakker werd, de boeren vertrokken met paard en wagen weer richting land en tegenover mij stond een zwarte ooievaar in het water te turen.
Voor vandaag stond er een rondrit door dit nog wat achter gebleven gebied op de planning. Overal stonden de schoven bij elkaar gebonden en zag je mensen aan het werk op het land. De paarden voor de wagens staan geduldig te wachten tot zij weer aan het werk moeten. Het 14e eeuws kasteel van Niedzica was een prachtig kasteel met mooi uitzicht over het meer. Het staat bekend als een van de meest pittoreske kastelen in het land en siert vele kaften van boeken.


's Avonds hoorden we vanuit het dorp aan de overkant van de rivier Poolse volksmuziek. De Polen is een volk dat veel van zingen en muziek houdt. In de tijd van het communisme was het ook een uiting van het verzet. Vroeger hoorde je deze muziek ´s avonds langs de oevers van de Dunajac. We zagen de boeren met hun paard en wagens thuiskomen.  Kinderen van verschillende leeftijden speelden verstoppertje op straat. Het gaf een vredige aanblik.
De volgende dag zijn we de grens overgstoken naar Slowakije. Ook hier nog veel nostalgische taferelen. Zigeuners in hun kamp, een boer die met een paard zijn ploeg over het land trekt en nog een eindje verderop werd het hooi met paard en wagen van het land gehaald. Het landschap was prachtig en je had prachtige weidse uitzichten. In de verte doemt het Tatra gebergte op.
In Dopsina hebben we een ijsgrot bezocht. Deze grot is opgenomen op de werelderfgoedlijst van UNESCO. De gemiddelde jaartemperatuur in de grot is 0°C. De grot is 1483 m en je kunt een rondleiding krijgen door 515 meter.


Toen we op de camping in Levoca aankwamen was het noodweer. In de stromende regen hebben we de voortent opgezet.
Levoca is een mooie stad met een stadswal eromheen en wordt in 1249 voor het eerst genoemd. Het was ooit de op twee na grootste stad van het koninkrijk Hongarije.
Het viel ons op dat er in Slowakije zo ontzettend veel zigeuners waren. In Polen was dat ons niet opgevallen. In de omgeving van Solina hebben we een overnachtingsplek gevonden op een huisjes park. Hier hebben we ´s avonds  een kampvuurtje gemaakt. In deze omgeving stonden veel mooie kleurrijke Russisch orthodoxe kerkjes.
Bij Solina was een meer. Het was hier erg druk. Lange rijen auto´s stonden hier geparkeerd om te kunnen genieten van het meer. Wij zijn doorgereden en genoten onderweg van de uitbundige gele bloemen langs de kant van de weg. Bij Tarnawa Nizna zouden we vlak bij de Oekraïnse grens zitten en we hoopten een glimp op te kunnen vangen van deze grens door via een slechte weg die kant op te rijden. Helaas eindigde de weg bij een slagboom en konden we niet bij de grens komen. Het was geen straf om de weg nog een keer terug te moeten rijden, want hij was er erg mooi. We zagen delen van oude bruggen en kwamen langs houtskool ovens waar de mannetjes die daar werkten van oor tot oor zwart waren. Ook moesten hier nog beren, lynxen en wolven leven, maar ook dezen lieten zich aan ons niet zien.
Het Bieszczadzki Narodowy Park is het derde grootste nationaal park in Polen in het uiterste zuid-oost hoek van Polen. Zo´n 80% is bedekt met voornamelijk natuurlijke bossen waarin veel bedreigde diersoorten leven. Het was hier erg toeristisch ondanks dat je op alle parkeerplaatsen moest betalen.
De volgende dag zijn we naar Sandomierz gereden. Dit gebied was vlak voor wij op vakantie gingen overstroomd. Dit beseften we overigens pas toen we hier reden. Overal lag rommel en kapotte bomen en zandzakken en de huizen waren aardig aangetast. De camping lag wat hoger en was niet overstroomd geweest. Het was een zeer nette camping. De volgende dag hebben we gebruikt om Sandormierz te bekijken. Sandomierz is een van de oudste en historisch belangrijkste steden in Polen. In het begin van de 12e eeuw werd er voor het eerst gemeld over deze stad. Er was van alles te doen in dit oude stadje. Nadat we een voorstelling hadden bijgewoond over de gewoonten en de kledingdracht uit de middeleeuwse eeuw hebben we een wandeling gemaakt door het ondergrondse deel van de stad.

Bij het stadhuis kwamen we weer boven de grond uit. Ook de kathedraal was prachtig om te bekijken. Een mooie afsluiting van de vakantie. Want van hieruit zijn we in twee dagen weer terug gereden naar huis.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten